‘Nu ik een slok goudgeel gerstebier gedronken heb, begrijp ik door God dat het logisch is dat ik op een goed verhaal kan komen dat jullie allemaal leuk zullen vinden.’ In The Canterbury Tales schiep Chaucer een van de belangrijkste hoekstenen van de Engelse literatuur: een meesterlijke verzameling van ridderromantiek, morele allegorieën en platvloerse humor. Een verhalenwedstrijd tussen een groep pelgrims uit alle lagen van de bevolking vormt de aanleiding voor een reeks van verhalen, variërend van het relaas over hoofse liefde van de Ridder en de levendige Arthuriaanse legende van de Vrouw van Bath, tot de schuine anekdotes van de Molenaar en de Kok. Rijk en divers bieden The Canterbury Tales ons een ongeëvenaarde kijk in het leven en denken van het middeleeuwse Engeland. Nevill Coghills meesterlijke en levendige moderne Engelse versvertaling is met groot vakmanschap uitgevoerd om alle levendigheid en poëzie van Chaucers veertiende-eeuwse Middelengels te behouden.