Charlène is negentien jaar oud en zit in de gevangenis. Twee jaar geleden, op een nacht in september, doodde ze Sarah, haar schoolvriendin. Sarah was mooi, briljant en had een magnetische persoonlijkheid die iedereen aantrok. Haar vriendschap was voor de verlegen Charlène een wonderbaarlijke en onverwachte gift van het leven. Maar al snel volgden kleine teleurstellingen, verwachtingen en pijnen. De dramatische opbouw van wanhoop en passie, weergegeven met een verbluffende waarheidsgetrouwheid door een zeventienjarige romanschrijfster.