"Zeker, het was een meisje als zovelen. Voor Aimery, de schrijver van deze regels, en voor de meeste mannen zijn dergelijke meisjes enkel voorbijgangers in hun leven, figuren waartoe men zich slechts vluchtig aangetrokken voelt. Deze aantrekkingskracht duurt slechts een ogenblik omdat de schoonheid en rust die men in hen aantreft, niet overeenkomt met wat men voor zichzelf had voorgesteld; ze zijn niet waar men deze verwachtte te vinden. Het zijn eenvoudige meisjes, en dat weten ze zelf ook. Maar eenvoudig alleen omdat niemand de diepgang in hen heeft willen ontdekken. Welk man heeft niet minstens twee of drie van zulke vergissingen in zijn leven begaan?" Prix Goncourt 1974