Het werkboek is ontworpen om de lesstof uit het cursusboek verder te verdiepen en te herhalen. Het biedt een ruime keuze aan oefeningen die, naast grammatica, woordenschat en uitdrukkingen, ook contrastieve oefeningen bevatten. Deze oefeningen maken het mogelijk om de nieuwe taal te vergelijken met een al bekende vreemde taal en de moedertaal. Daarnaast zijn er oefeningen gericht op fonetiek en studiegerelateerde woordenschat, evenals opdrachten voor zelfcontrole en zelfevaluatie. Met deze laatste elementen wordt aangesloten bij het portfolio-concept van het Europees Referentiekader. Aan het einde van elk module bevindt zich een vier pagina's tellend plateau dat zowel voor zelfstudie als in de les kan worden gebruikt. Hier herhalen we de thema's en lesstof van de gehele module opnieuw, met nadruk op vaardigheidstraining en extra culturele informatie. Elk module sluit af met een projectvoorstel dat zo is ontworpen dat het naadloos in het leerproces kan worden geïntegreerd.