Hoeveel dagen per jaar werkte een Romeinse burger? Waarom voerde Frederik Barbarossa oorlog met de Italiaanse gemeenten? Hoe leefde men aan een renaissancehof? Vond Manzoni het moeilijker om in het Italiaans te schrijven of te spreken? Wie was Garibaldi echt? Aan het einde van de negentiende eeuw, hoe besteedde een Milanese arbeider zijn loon en hoeveel polenta at een boer in Mantua? Welke rol speelden de Italiaanse emigranten in de economische opkomst van het land?
Dit boek biedt antwoorden op deze vragen en vele andere die vaak niet gesteld worden in traditionele boeken. De Italiaanse geschiedenis wordt eenvoudig en helder, maar ook interessant en alternatief verteld vanuit het perspectief van mensen en hun dagelijks leven. Het is geen standaard geschiedkundig werk vol datums, namen en termen, maar een andere manier van verhalen, die nieuwsgierigheid en reflectie stimuleert, inclusief vergelijkingen tussen toen en nu: cliëntelisme bij de Romeinen was niet zo anders dan nu; veel mensen zien overeenkomsten tussen de Italiaanse universiteit en het middeleeuwse feodalisme; het liberale staatssysteem waarvoor de patriotten vochten, is nog steeds niet volledig gerealiseerd; immigranten in Italië worden tegenwoordig op een vergelijkbare manier gezien en behandeld als de Italianen die vroeger naar het buitenland trokken op zoek naar werk.
De auteurs zijn een taalkundige (Pallotti) en een historicus (Cavadi): de eerste zorgde ervoor dat de teksten voor iedereen begrijpelijk zijn, de tweede controleerde de betrouwbaarheid ervan. Samen hebben ze zorgvuldig de inhoud gekozen en besproken, om een verhaal te produceren van 2000 jaar Italiaans leven, dat velen, in zowel Italië als daarbuiten, zal laten ontdekken hoe boeiend en nuttig geschiedenis kan zijn.
De tekst is geschikt voor zelfstandig lezen vanaf niveau B1 van het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader.